Vossenjacht

Materialen: papier voor deelnemers voor handtekening. Kleding voor vossen.

Spelvoorbereiding: Een geschikt gebied afbakenen (stadswijk, dorp, winkelstraat of iets dergelijks). De plaatselijke politie op de hoogte stellen van de vossenjacht. Personen vragen om ‘vos’ te zijn. Afspreken met de vossen hoe men zich verkleedt. Afspreken of de vossen zich mogen verplaatsen of dat ze een vaste plaats hebben. Het opsporen van de vossen door de deelnemers.
Mogelijkheden hiervoor zijn:
-    Het willekeurig opzoeken van de vossen. De groepjes ontvangen nadat ze een vos hebben herkend een handtekening.
-    Door middel van een rebus, geheimschrift of cryptogram wordt aangegeven waar de vossen zich bevinden of wordt iets kenmerkends over de vossen gezegd.



Spelverloop: De vossen moeten voordat de deelnemers in het afgebakende gebied komen daar aanwezig zijn. Aan de groep wordt verteld hoe groot het gebied is waar de vossen zijn. Op welke wijze ze de vossen kunnen zoeken en hoe lang de zoektijd (± 1 uur) is. De groep wordt verdeeld in groepjes van 4 deelnemers. Ze kunnen tegelijk vertrekken met pen en papier (eventueel een vel met omschrijvingen, rebussen e.d. van de vossen).

Puntentelling: In vrijwel de meeste gevallen speelt hierbij de klok een grote rol. Welke groep heeft het snelst alle vossen gevonden?

Variatie: Iedere vos krijgt een stapeltje met dezelfde omschrijving mee van een andere vos. Elke vos moet weten welke omschrijving bij zichzelf hoort. De omschrijving kan een rebus, geheimschrift zijn. Alle groepen krijgen een kaartje met een omschrijving van 1 van de vossen (elke groep een andere). Daarmee gaan ze op pad. Denken ze de op het kaartje omschreven vos gevonden te hebben, dan geven ze het kaartje aan die persoon. Die zet er een handtekening op en geeft het terug aan de groep. Is het fout dan moet de groep verder gaan zoeken en ze krijgen een strafpunt. Is het goed dan krijgt de groep een nieuw kaartje met de omschrijving van een andere vos.