woensdag 20 februari 2013

Kerstballen van papier-maché

Benodigdheden: oude kranten, ballonnen, behanglijm, iets dikker gekeurd papier, bolletje wol.

De ballonnen worden met een dikke laag kranten beplakt. Je kunt hiervoor kleine ballonnen nemen of de grotere niet helemaal opblazen. Plak aan de bovenkant een stukje touw mee dat dient als haakje. De laatste, bovenste laag van de kerstbal krijgt één of meerdere kleurtjes. Laten drogen en je hebt de allerorigineelste kerstballen!


Spaarvarken maken

Benodigdheden: kranten, ballonnen, behanglijm, eierdozen en verf.

Het spaarvarken wordt gepapier-macheed.
Blaas de ballonnen op gewenste grootte op en bedek deze met een dikke laag kranten en lijm. De voetjes en oortjes kun je uitknippen uit de eierdozen en deze met stroken kranten vastzetten op de ballon. Aan het ballonuiteinde kan een staartje gemaakt worden.

Laat de spaarvarkens een week drogen en begin de volgende opkomst met het knippen van de sleuven voor de inworp van het geld. Schilder ze op en iedereen heeft een eigen spaarvarken. Je kunt ze eventueel nog lakken, dat geeft een mooier resultaat. Er zijn natuurlijk ook spaarmuizen of zelfs spaarwormen (met lange ballonnen) denkbaar.

Nadeel van dit programma is dat personen die de eerste week niet aanwezig zijn, de tweede week eigenlijk niks te doen hebben, bedenk daar dus wat anders voor.

Sneeuwbollen maken

Benodigdheden: witte plastic zakken, jampotjes en plastic tekenfilmfiguurtjes.

Alle kinderen kunnen van huis een witte plastic zak, een plastic figuurtje en een jampotje meenemen. De plastic zakken moeten in heel kleine stukjes worden geknipt, deze stukjes moeten in het jampotje. De tekenfilmfiguurtjes worden op de binnenkant van het deksel gelijmd. Gebruik hiervoor watervaste secondenlijm (en doe dit als leiding zelf!). De potjes kun je nu met water gaan vullen, niet helemaal vol, er moet lucht in blijven om de 'sneeuw' te laten bewegen. De doppen kunnen op het potje gedraaid en gelijmd worden en klaar is kees.

Lichtjes maken

Benodigdheden: glazen potjes, vliegerpapier in alle kleuren, behangerslijm en waxinelichtjes.

Het vliegerpapier wordt in lange repen gescheurd. Met behangerslijm worden deze op de potjes geplakt. Laten drogen, een waxinelichtje erin en je hebt prachtige lichtjes.


Jokers maken

Benodigdheden: Knutselbenodigdheden.

De jokers die gemaakt worden kunnen gebruikt worden voor bijvoorbeeld een zeskamp. Ieder groepje dat de zeskamp gaat lopen maakt van tevoren een joker. Deze joker kan bij een spel van de zeskamp worden ingezet, dit spel levert dan dubbele punten op.


dinsdag 19 februari 2013

Mattenvoetbal


Materialen: bal(len) en 2 matten
Voordat het spel begint word de zaal verdeeld in twee velden. De groep wordt verdeeld in twee groepen. Elke groep krijgt een mat, deze mat moeten ze verdedigen op hun eigen veld. De matten blijven aan de zelfde kant staan als dat ze stonden maar de mensen van beide teams moeten rondlopen in de zaal en bij de ander proberen te scoren. De helft van het team moet dus de mat verdedigen en de andere helft moet proberen te scoren bij de ander.

Tien-bal


Materialen: bal
Verdeel de leden in twee ploegen. Een van de ploegen heeft de bal. Als zij er in slaagt om de bal 10 keer onder elkaar door te gooien zonder dat die de grond raakt, hebben zij een punt. De andere ploeg probeert dit te voorkomen (door de bal te onderscheppen) en zij proberen de bal zelf onder elkaar 10 keer door te gooien.

Een handje helpen


materialen: geen
De leerkracht verdeelt de klas in groepjes van twee leerlingen (max. drie leerlingen).
Deze leerlingen gaan met de ruggen tegen elkaar op de grond zitten en halen de armen in elkaar (de leerlingen zitten nu 'vast' aan elkaar). Op het teken van de leerkracht proberen zij, door samen te werken, op te staan.

Tip: Als het erg goed gaat met groepjes van twee leerlingen, maak de groepjes dan groter door duo's samen te voegen (twee leerlingen, vier leerlingen, acht leerlingen)

De omgekeerde wereld


materialen: stoelen                                               
 Alle spelers zitten op een eigen stoel in een kring, waarvan 1 speler in het midden staat. Plots gaat hij voor een willekeurige speler staan en wijst bijv. naar zijn voet . Terwijl hij 'Dit is mijn oor roept' moet de andere speler proberen om direct te antwoorden met het omgekeerde: dit is mijn voet. terwijl hij zijn oor vastpakt. Kan de speler dit niet of aarzelt hij, dan moet hij de plaats innemen van de speler in het midden.

EHBO-tikkertje


Materialen: geen                                                                
EHBO-tikkertje verschilt niet zoveel van "gewoon" tikkertje. Het enige verschil is dat de tikker ergens "gewond" is. Tijdens het tikken houdt hij met één hand de gewonde plek beet, en probeert hij met de andere hand een ander kind te tikken. Wanneer een ander kind getikt is, is dit de nieuwe tikker. De nieuwe tikker is "gewond" op de plek waar de vorige tikker hem geraakt heeft.                                                                                                                                                               
Bij EHBO-tikkertje kan het handig zijn om een kleiner terrein te gebruiken, om het de tikker niet al te moeilijk te maken om andere kinderen.